
Hoe schrijf ik een origineel sinterklaasgedicht
Document acties
- Moeilijkheidsgraad: uitdagend
Hoedoe door: Marieke van Oosterhout
Bekijk het profiel van
Marieke van Oosterhout
Aantal Hoedoes: 24
Benodigdheden
- Pen en papier/computer
- Rijmwoordenboek (optioneel)
Stappen
-
Begin op tijd
Als je op 4 december nog een gedicht moet schrijven, zal er weinig origineels uit je pen komen. Begin dus op tijd. Maak een planning waarin je vastlegt wanneer je aan je gedicht begint.
-
Brainstorm
Leef je in de persoon in voor wie het gedicht bedoeld is. Noteer alle trefwoorden die je te binnen schieten. Het mag over alles gaan: werk, studie, hobby’s, relaties, vakanties, eigenschappen of anekdotes. Je kunt ook woorden opnemen die te maken hebben met het cadeau (of cadeaus) of de surprise die je gaat geven. Als het goed is heb je na een tijdje een lange lijst met steekwoorden.
-
Kies bruikbare trefwoorden
Selecteer uit deze lijst de meest bruikbare. Dat wil zeggen: de trefwoorden waar je iets over kunt vertellen, bijvoorbeeld de verregende vakantie, het nieuwe huis of het cadeau dat je geeft. Als je over een trefwoord heel veel kunt vertellen, kun je er ook voor kiezen het hele gedicht hier aan op te hangen.
-
Maak mini-gedichten
Zet de overgebleven trefwoorden onder elkaar en maak voor elk trefwoord een kort gedichtje van zo'n vier tot acht regels. Deze stukjes vormen de bouwstenen voor je uiteindelijke gedicht. Kies een rijmschema. Het meest gebruikte rijmschema in sinterklaasgedichten is AABB. Een voorbeeld:
De Sint had een probleem, o jee! (a)
Want het schrijven van een gedicht viel hem niet mee (a)
“Piet, trouwe knecht, ik kan niets origineels verzinnen.” (b)
“Eigen schuld, Sint, had u maar eerder moeten beginnen.”(b)Wil je eens met iets anders op de proppen komen, kies dan eens voor een ander rijmschema, bijvoorbeeld ABAB, ABCB of - voor de echte die-hards – AABBC (juist, een limerick).
Dergelijke originele rijmschema’s verlevendigen de tekst en trekken – ‘Hee wat leuk!’ - de aandacht van de luisteraars. Zorg ervoor dat de zinnen goed lopen, vermijd clichés – de Sint zat nog steeds te denken - en net-niet-rijmconstructies, zoals:
Het was ’s nachts zo rond een uur of drie
De Sint sliep slecht, hij had een nachtmerrie -
Plak de stukjes aan elkaar
Plaats de verschillende stukjes in de juiste volgorde. Zorg voor logische overgangen tussen de onderwerpen. Werk naar een climax: eindig met een compliment of een plaagstootje.
jij staat altijd klaar voor een ander
je helpt iedereen waar je maar kunt
daarom is dit pakje
jou ook vreselijk gegund -
Controleer je gedicht
Heb je wel eens meegemaakt dat een gedicht hakkelend werd voorgelezen? Terwijl degene die het gedicht voorleest zich door de tekst heen worstelt, verslapt de aandacht van de toehoorders. Niets is zo dodelijk voor een gedicht als een hakkelende voordracht. Om dat te voorkomen is het niet alleen van belang dat de afzonderlijke zinnen goed lopen, de tekst in zijn geheel moet ook een goed ritme hebben. Een ritmische tekst helpt de lezer het gedicht vloeiend uit te spreken. Lees het daarom van tevoren eens hardop voor. Vraag eventueel iemand anders om te luisteren en feedback te geven. Pas waar nodig de tekst aan.
-
Zorg voor een fraaie lay-out
Zo, het gedicht is klaar. Uitprinten en klaar is Kees. Of toch niet? De finishing touch van je originele en goed geschreven gedicht is natuurlijk een mooie lay-out. Je hoeft niet meteen alle mogelijkheden van MS Office te benutten, maar een fraai lettertype, een mooie achtergrond of een paar passende plaatjes zullen je gedicht bijzonder verfraaien.
Do's
- Zorg voor een goede balans tussen positieve en kritische elementen in je gedicht. Een sinterklaasgedicht mag best een beetje prikkelen, maar niet te veel. Dat past niet in de sfeer van Sinterklaas.
- Maak met mate gebruik van een rijmwoordenboek.
- Druk je gedicht niet in een te kleine lettergrootte af en zorg voor een goed leesbaar lettertype.
- Geef niet op als het even niet wil lukken!
Don'ts
- Neem (gedeeltes van) de gedichten die op internet staan niet over.